NIEUWSBRIEF
7
ENKEL
IRAKEZEN KUNNEN IRAK HEROPBOUWEN, maar
u kan hen steunen! November 2010 kies uw taal: FRANCAIS ENGLISH ESPAÑOL ARABIC |
||
INTERNATIONAAL SEMINARIE OVER DE SITUATIE VAN IRAKESE ACADEMICI Het onderwijs verdedigen in tijden van oorlog en bezetting |
Wil je meer weten over het internationaal seminarie over de situatie van Irakese academici: klik hier | |
CONTENT OF THE
NEWSLETTER: klik op de titel VERDER KIJKEN DAN DE WIKILEAKS “ONTHULLINGEN” - Dirk Adriaensens, spreker tijdens seminarie DOEL VAN HET INTERNATIONAAL SEMINARIE BRAIN DRAIN IN IRAK - Basim Al Janabi, spreker tijdens seminarie BRIEF AAN TONY BLAIR - Hans von Sponeck, spreker tijdens seminarie STATE-ENDING - Raymond Baker, spreker tijdens seminarie WE HEBBEN UW STEUN NODIG VOOR HET SEMINARIE WETENSCHAPPELIJK COMITE VAN HET SEMINARIE REDENEN OM HET SEMINARIE TE STEUNEN PARTNERS-COORGANISATOREN VAN HET SEMINARIE EERSTE PARTNERS-ONDERTEKENAARS VAN HET SEMINARIE WEBSITE VAN HET SEMINARIE |
HET BRUSSELLS TRIBUNAAL is een internationaal netwerk van intellectuelen, kunstenaars en activisten, die zich verzetten tegen de logica van een permanente oorlog, die wordt gevoerd door de regeringen van de Verenigde Staten en hun bondgenoten en die nu vooral op een specifieke regio is gericht: het Midden-Oosten. In 2004 organiseerde het een volkstribunaal tegen “the Project for a New American Century” (PNAC) en tegen de illegale invasie in Irak, maar het BRussells Tribunal bleef verder werken. Het wil een brug slaan tussen het verzet van intellectuelen in de Arabische wereld en de vredesbewegingen in het Westen. |
|
|
||
De Raad voor de Mensenrechten van de Verenigde Naties evalueerde
op 5 november 2010 de mensenrechtensituatie van de Verenigde Staten,
ter gelegenheid van de negende zitting van de Universal Periodic Review
(UPR), van 1 tot 12 november 2010. Hieronder kan u de presentatie lezen
die door Dirk Adriaensens werd gegeven in de
"Bijzondere Informatie
Sessie van Extra-territoriale schendingen van de mensenrechten" door de
Verenigde Staten" op 3 november in de site van de
United Nations Human Rights Council in Genève. |
||
|
||
Achter de schermen van de WikiLeaks "onthullingen" DE ONTMANTELING VAN DE IRAKESE STAAT
Enkele dagen na de verwoestende aanslagen van 9 / 11 verklaarde
vice-minister van Defensie Paul Wolfowitz dat “het beëindigen van
landen die het terrorisme steunen” een belangrijk aandachtspunt van
het Amerikaanse buitenlandse beleid zou worden. Irak werd bestempeld als
een "terroristische staat" en dus klaar voor “beëindiging”.
President Bush duidde Irak aan als de frontlinie van de wereldwijde
oorlog tegen terreur. Amerikaanse troepen zijn Irak binnengevallen met
de uitdrukkelijke bedoeling om de Irakese staat te ontmantelen. Na de
Tweede Wereldoorlog was de aandacht van de politieke en sociale
wetenschappen vooral gericht op “Nation building” en het
opstellen van ontwikkelingsmodellen. Er is weinig geschreven over
staatsvernietiging en de-development. We kunnen nu, na 7 jaren
oorlog en bezetting, met grote zekerheid stellen dat de vernietiging van
de Irakese staat een bewuste doelstelling was van het beleid van de VS.
Vermoorde Academici (bron: BRussells
Tribunal)
(Op 20 maart 2008 meldde Reporters Without
Borders dat honderden journalisten in ballingschap werden gedwongen
sinds het begin van door de VS geleide invasie.)
Het VN-Mensenrechtencomité vermeldde in haar verslagen van 2007 de
willekeurige en onwettige aanvallen op burgers en civiele woongebieden
en vroeg om een onderzoek. Luchtaanvallen duurden onverminderd voort op
bijna dagelijkse basis tot augustus 2008, zelfs toen het zogenaamde "sektarisch
geweld" en het aantal Amerikaanse slachtoffers verminderde. In alle
gemelde incidenten waar burgers, vrouwen en kinderen werden gedood,
verklaarde het Centcom persbureau dat de gedode mensen "terroristen"
waren, "Al Qaeda-militanten" of "onvrijwillige menselijke schilden".
Natuurlijk, wanneer militairen illegaal civiele woongebieden aanvallen,
zullen veel mensen proberen om zich te verdedigen, vooral als ze weten
dat wanneer ze dat niet doen, willekeurige detentie, mishandeling,
marteling of standrechtelijke executie het resultaat zal zijn voor
henzelf of voor hun familieleden .
Volgens een VN-Mensenrechtenraad rapport, op een verzoek om opheldering
van UNAMI, bevestigde de MNF dat "de
Amerikaanse regering het conflict in Irak blijft beschouwen als een “internationaal
gewapend conflict”, waarvoor momenteel de geldende procedures in
overeenstemming zijn met de 4e Conventie van Genève" en niet dat de
burgerlijke rechten van de Irakezen worden beheerst door het
Internationaal Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten en
andere mensenrechten. In dat geval zou dat de rechten van de Irakezen,
vastgehouden door Amerikaanse of Iraakse troepen, op snelle en eerlijke
processen hebben verbeterd. De erkenning dat de VS nog steeds legaal
verwikkeld is in een "internationaal
gewapend conflict" tegen Irak aan het eind van 2007 doet ook
ernstige vragen rijzen omtrent de wettigheid van de constitutionele en
politieke veranderingen die in Irak door de bezetters en hun
geïnstalleerde regering werden doorgevoerd tijdens de oorlog en
bezetting.
Achtergrond:
Negende Zitting van de Universal Periodic Review
De
extra-territoriale toepassing van de mensenrechten
Beoordeling van de mensenrechten van de Verenigde Staten van Amerika
Verenigde Naties-Geneve 03 november 2010
De
toepassing van de mensenrechten
door de Verenigde Staten werd beoordeeld door de Raad voor de
mensenrechten tijdens de negende zitting van de Universal Periodic
Review (UPR) die werd gehouden in Genève 1-12 november 2010. De
Verenigde Staten werden beoordeeld op de ochtend van vrijdag 5 november.
De UPR is opgericht om de Staten te beoordelen naar hun toepassing van de
verplichtingen en verbintenissen krachtens het internationale recht
inzake mensenrechten, rekening houdende met het VN-Handvest, de
Universele Verklaring van de Rechten van de Mens en het Internationaal
Humanitair Recht en na te gaan of de landen de mensenrechten hebben
gerespecteerd, ondersteund, gepromoveerd en
beschermd.
Het is aan NGO's niet toegestaan om te spreken tijdens
de officiële sessie, maar ze kunnen invloed uitoefenen door relevante
informatie onder de aandacht van de Staten te brengen. Het is om deze
reden dat een coalitie van ngo's een side event hebben georganiseerd op
woensdag 3 november 2010 op de site van de Raad voor de Mensenrechten in
Genève, Zwitserland. Tijdens dit evenement hebben prominente
mensenrechtenactivisten gesproken, bekend met de situatie van de
mensenrechten in de Verenigde Staten, en ze hebben de NGO's en andere
waarnemers de mogelijkheid gegeven om relevante informatie met
betrekking tot de beoordeling van de mensenrechten van de Verenigde
Staten aan te brengen. De nadruk lag op de extra-territoriale
schendingen van de mensenrechten, met name in Irak, Afghanistan en
elders.
Sprekers:
·
Mr. Ramsey Clark 66th United States Attorney General
·
Mr. Dirk Adriaensens
BRussells
Tribunal Executive Committee
·
Prof. Alfred De Zayas
US Attorney and Professor at the Geneva School of
·
Prof. Curtis Doebbler American international human rights lawyer and
·
Mr. Sabah Al-Mukhtar
President of the Arab Lawyers Network in the United
·
Dr. Aziz Al- Qazaz Iraqi human rights defender
·
Mr. Jose
del-Prado Member of the UN Human Rights Council’s Working Group on Mercenaries |
||
Internationaal Seminarie over de
situatie van IRAKESE ACADEMICI Het onderwijs verdedigen in tijden van oorlog en bezetting 9 - 10 - 11 maart 2011 Universiteit Gent |
||
Het
doel van het seminarie is internationale aandacht te vragen voor de
aanhoudende misdaden tegen de Irakese academici, dit geweld te situeren
binnen de bredere context van de voortdurende bezetting van Irak en te
werken aan praktische oplossingen. |
||
Een organisatie van
de Universiteit Gent, Onderzoeksgroep van het Midden Oosten en
Noord Afrika,
MENARG &
Het BRussells
Tribunal in
samenwerking met
IACIS,
International Association of Contemporary Iraqi Studies,
Vrede,
11.11.11
&
IAON, International
Anti-occupation Network |
||
Irakese intellectuelen en
technici zijn onder de VS-bezetting stelselmatig het doelwit geweest van
een voortdurende campagne van intimidatie, ontvoeringen, afpersingen,
willekeurige executies en gerichte moordaanslagen. Tegelijkertijd met
vernietiging van de Irakese onderwijsinfrastructuur, heeft deze
repressie geleid tot een massale gedwongen exodus van de Irakese
intellectuele middenklasse. Dit alles heeft ernstige gevolgen voor de
Irakese sociale, economische en politieke wederopbouw.
Naar aanleiding van acht
jaar VS bezetting, en met weinig tekenen die erop wijzen dat hier snel
een einde aan komt, doen het BRussells Tribunal en de Middle East and
North Africa Research Group (MENARG) van de Universiteit Gent een oproep
tot een hernieuwde aandacht voor de situatie van het Irakese hoger
onderwijs en het academische leven en willen zij het belang ervan
benadrukken voor de wederopbouw van het land en het welzijn van zijn
bevolking.
Dit is extreem dringend
wegens de verwoestende gevolgen van de bezetting voor essentiële
sectoren zoals hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek.
Bijgevolg is het een
dringende noodzaak voor dit seminarie om niet enkel de redenen voor de
vernietiging van het Irakese onderwijssysteem naar voren te brengen,
maar ook om voorstellen te doen om dit systeem te herstellen. Het
seminarie belicht zowel de plicht van de internationale organisaties om
te reageren als op de verantwoordelijkheid van academici over heel de
wereld om solidariteit te betonen met hun Irakese collega’s. Alleen de Irakezen zelf kunnen de heropbouw van hun land realiseren. Het is hun competentie, hun integriteit en onafhankelijkheid die zullen borg staan voor de souvereiniteit van Irak en die een vreedzame en wervarende toekomst kunnen verzekeren. De Irakese intellectuelen zijn van vitaal belang voor de toekomst van Irak. |
||
|
||
DAHR JAMAIL, Onafhankelijk Journalist/Auteur: Met dit seminarie legt het BRussells Tribunal de basis waarop kan verder gebouwd worden voor het aanklagen van oorlogsmisdaden, gepleegd door de regering van de Verenigde Staten. |
||
Wie profiteert van de
Irakese braindrain?
Irak heeft nooit in
haar geschiedenis een zo belangrijke
braindrain
gekend als sinds de Amerikaanse invasie in 2003. Deze brandrain werd in
de eerste plaats versneld door doelgerichte moorden en ontvoeringen die
specifiek gericht waren op artsen en op academici in alle
wetenschappelijke disciplines. De statistieken geven een cijfer van
ongeveer drieduizend (3.000) academici,
waarvan
de meesten waren afgesturdeerd aan westerse universiteiten en in
zeldzame disciplines. Aan de andere kant werden bijna driehonderd (300)
academici geliquideerd door de bezettingsmacht en door
gewapende milities.
Dit heeft geleid tot
de sluiting van vele wetenschappelijke afdelingen en graduaatopleidingen
in Irakese universiteiten. Dit was een onderdeel van een geplande
strategie die tijdens de bezetting werd uitgevoerd met als doel de
Irakezen te onderwerpen, maar ook Irak te vernietigen en de heropbouw te
verhinderen.
Een gevolg is vandaag
het ontbreken van duidelijke wetenschappelijke normen bij de aanwerving
van lesgevers door
religieuze
partijen die het land regeren en hun eigen kandidaten naar voren
schuiven.
Aanwervingen
gebaseerd op wetenschappelijke prestaties en diploma’s, op bekwaamheid,
op leeftijd, enzoverder, zijn totaal verdwenen.
De vervalsing van
academische en andere wetenschappelijke graden is gemeengoed geworden.
Over heel de wereld ontstaan er universiteiten die opleiding geven via
correspondentie.
Universitaire titels worden verleend als men zijn inschrijvingsgeld
betaalt. Deze universiteiten zijn
in ieder geval weinig veeleisensd op het vlak van
inschrijvingsvoorwaarden, van het
opleidingsniveau van hun studenten of van de degelijkheid van hun
wetenschappelijke prestaties.
Een
flink aantal studenten van deze universiteiten zijn Irakese politici,
parlementsleden en leden van partijen die in Irak aan de macht zijn.
Ze zijn ervan overtuigd dat hun inschrijving in deze
universiteiten hen het recht verleent
leidinggevende, publieke ambten te bekleden. Onder de bezetting zijn zij die vroeger aan Irakese universiteiten waren afgestudeerd gevlucht. Zij worden nu vervangen door incompetente mensen, die banden hebben met met religieuze partijen. Dit is de belangrijkste reden voor de ernstige problemen waarmee het hoger onderwijs in Irak nu te kampen heeft. Deze problematiek heeft zowel wetenschappelijke, economische, sociale als politieke dimensies. |
BASIM AL JANABI
Dr. Basim Al-Janabi is professor Political science at Baghdad
University. He gained his doctorate after the occupation and nearly
missed his defence of thesis due to being in detention. He left Iraq in
2006 and lives in Amman, keeping close contacts with his colleagues. He
is working on a proposal for teacher training with colleague at college
of education at Baghdad University. |
|
Op
wetenschappelijke vlak werd het
land beroofd van zijn competente mensen, hetgeen gewoon een ramp is voor
de toekomst van Irak, want elke vooruitgang wordt verhinderd en
eigenlijk wordt Irak veroordeeld tot onderontwikkeling.
Economisch is het verlies niet te
berekenen, want het belang van investeringen in opleiding kan niet
onderschat worden. Bovendien had deze academisch geschoolde elite een
belangrijke politieke rol kunnen spelen.
Ten slotte hebben de Irakese universiteiten hun sociale functie
verloren, namelijk een smeltkroes te zijn waar
mensen uit verschillende bevolkingslagen en met verschillende
religieuze overuigingen elkaar ontmoetten.
In plaats daarvan zijn ze uitgegeroeid tot gepriviligeerde
plaatsen voor
confessionalisme en sektarisme.
Officieel spreekt de
regering geregeld over de noodzaak dat competente mensen moeten
terugkeren naar hun land, zodat Irak zou kunnen profiteren van hun
kennis en ervaring.
Het gaat
hier echter enkel om mediagenieke uitspraken, zonder concretisering op
het terrein, waar er niets wordt gedaan om hun terugkeer mogelijk te
maken. Diegenen die ervoor kozen
om vrijwillig terug te keren naar hun land werden geconfronteerd
met bureaucratie,
vriendjespolitiek, onverdraagzaamheid en met de religieuze macht van de
clans. Zij slaagden er niet in een job te bemachtigen in overeenstemming
met hun kennis en kunde en zij waren
vaak
gedwongen naar het buitenland terug te keren. |
||
|
||
U kent me niet. U
heeft dan ook geen rekening gehouden met mijn mening. Waarom zou u? U
heeft niet eens rekening gehouden met de vele VN-functionarissen in Irak
toen u uw Irakbeleid voorbereidde. En u heeft niets geleerd uit het
beleid dat u voerde. Uw memoires bevestigen deze vrees. Hierin herhaalt
u alle argumenten die we eerder hebben gehoord. U herhaalt nog maar eens
waarom de sancties waren zoals ze waren, waarom de angst voor Sadam
Hoessein belangrijker was dan de angst om de lijn te overschrijden
tussen de zorg voor mensen en machtspolitiek, waarom Irak eindigde als
een menselijke vuilnisbak, waarom u ervoor koos u aan te sluiten bij de
“Iraq Liberation Act” van Bill Clinton in 1998 en bij de
vastbeslotenheid van W.Bush om deze ook uit te voeren.
U stelt uzelf voor
als de man die probeerde 'de Weg van de Verenigde Naties' te bewandelen.
Ik twijfel daaraan. Is het echt verkeerd om te zeggen dat, als
dit uw voornemen was, het enkel uit tactische overwegingen was en niet
omdat u de VN wilde verdedigen, wiens rol het is om te beslissen of een
militaire acties gerechtvaardigd is.
De lijst van degenen die het niet eens zijn met u en uw regering,
die gedurende 13 jaar een beleid hebben gevoerd van sancties en
een invasie en bezetting van Irak,
is lang, erg lang. Tot deze lijst behoren
Unicef en andere VN-agentschappen, Care, Caritas, Internationale
Artsen voor de Preventie van een kernoorlog, de toenmalige VN-secretaris-generaal
Kofi Annan en Nelson Mandela.
Vergeet ook niet de honderdduizenden mensen die uit protest
marcheerden in Groot-Brittannië en over de hele wereld, onder hen
“Cambridge tegen de sancties tegen Irak (CASI)” en de “Stop the War
Coalition” in het Verenigd Koninkrijk.
U suggereert
dat u en uw supporters -de "mensen van goede wil", zoals u hen
noemt-
de waarheid vertellen.
Uw kleinerende opmerkingen over Clare Short, een vrouw met moed, die in
2003 ontslag nam als secretaris internationale ontwikkeling, maken
duidelijk dat u haar op een andere lijst hebt geplaatst.
U doet een beroep op degenen die niet willen pauzeren en
reflecteren.
Ik vraag u om
het wel te doen.
Degenen
onder ons die in Irak leefden, hebben het verdriet en de ellende die uw
beleid veroorzaakte, meegemaakt. VN-functionarissen op het terrein
werden niet opgeslorpt door een dictatoriaal regime. We waren “opgeslorpt”
door de uitdaging om het menselijk leed tegen te gaan, dat was gecreëerd
door de totaal foute politiek van twee regeringen -de uwe en die van de
Verenigde Staten- en door de lafheid van hen
die in het Midden-Oosten, Europa en elders, het verschil hadden
kunnen maken, maar
die een
andere beslissing namen.
De
feiten geven u ongelijk.
Hier zijn een aantal
van deze feiten. Had Hans Blix, het toenmalige VN-hoofd van de
wapeninspecteurs, de extra drie maanden gekregen die hij had gevraagd,
dan hadden uw plannen kunnen verhinderd worden.
U en George W. Bush vreesden hiervoor.
Als u het internationaal recht had gerespecteerd,
zou u niet, na Operatie Desert Fox in december 1998, hebben
toegestaan uw aanvallen uit te voeren vanuit twee no-fly zones.
Zogezegd werden deze aanvallen uitgevoerd om Irakese Koerden te
beschermen in het noorden en
Irakese sjiieten in het zuiden, maar deze luchtaanvallen hebben burgers
gedood en niet-militaire installaties vernietigd. |
HANS VON SPONECK
Count
Hans-Christof von Sponeck, a former UN assistant secretary general,
joined the UN Development Program in 1968 and worked in Ghana, Turkey,
Botswana, Pakistan and India, before becoming Director of European
Affairs in Geneva. He was appointed the UN humanitarian coordinator for
Iraq in October 1998. Count Sponeck resigned from this position in
February 2000 in protest of international policy towards Iraq. He
teaches at the University of Marburg and serves in a range of NGO boards
in Canada, Switzerland, Sweden, Germany and Italy. Author of the book A
Different Kind of War: The UN Sanctions Regime in Iraq, Berghahn Books,
Providence, 2006.
|
|
Ik weet dat de
verslagen die we in Bagdad schreven om de schade te laten zien die werd
aangericht door deze luchtaanvallen, veel woede veroorzaakten in
Whitehall. Een gesprek dat ik had, in de marge van de
Labour-partij-conferentie in 2004, met uw voormalige minister van
Buitenlandse Zaken Robin Cook bevestigde dat. Zelfs in uw kabinet was er
sprake van ernstige twijfels over uw
aanpak. VN-resolutie 688 werd in 1991 goedgekeurd om aan de VN-secretaris-generaal
-en aan
niemand anders -
de machtiging te geven om de rechten van de bevoling te
beschermen en te helpen bij het voldoen van hun humanitaire behoeften.
Deze resolutie geeft geen toestemming voor de no-fly zones. In
feite heeft de Britse regering, door te stemmen voor resolutie 688, de
verplichting aanvaard om de Irakeze soevereiniteit en territoriale
integriteit te respecteren.
Ik was dagelijks
getuige van wat u en twee Amerikaanse overheidsdiensten hadden bedacht
voor Irak: een harde en compromisloze sanctieregeling waarmee de
verkeerde mensen werden bestraft.
Uw ambtenaren moeten u
hebben verteld dat uw beleid erop neer kwam dat een Irakees nog
beschikte over 51 dollarcent per dag om in zijn levensonderhoud te
voorzien.
U geeft doe dat 60
procent van de Irakezen volledig afhankelijk waren van die goederen die
in hun land werden geblokkeerd en vernietigd op grond van de sancties,
maar in uw boek verwijst u nergens naar het feit dat de Britse en
Amerikaanse regeringen
enorme hoeveelheden leveringen geblokkeerd en vertraagd hebben, die
nodig waren om te overleven. Medio 2002 werden leveringen van
meer dan
5 miljard
dollars geblokkeerd zodat ze het land niet binnen konden.
Geen enkel ander land in het
Irak-Sanctiecomite van de VN-Veiligheidsraad steunde u hierin. De
VN-verslagen staan vol van dergelijke bewijzen.
Ik zag het onderwijssysteem, ooit een trots van Irak, volledig
instorten. De situatie in de gezondsheidssector was even hopeloos.
In 1999 was er voor heel het land slechts één volledig
functionerende X-ray machine. Ziekten die al waren vergeten in het land,
doken weer op.
U weigert te erkennen
dat u en uw beleid iets te maken hadden met deze humanitaire crisis. U
beweert zelfs dat het sterftecijfer van kinderen jonger dan vijf jaar in
Irak -op dat ogenblik bij de hoogste in de wereld- geheel te wijten was
aan de Irakese regering.
Ik
smeek u om de Unicef-rapporten over dit onderwerp te lezen en wat Carol
Bellamy, de Amerikaanse uitvoerende Unicef-directeur in die tijd
hierover zei in de
Veiligheidsraad. Geen van de VN-functionarissen die in deze crisis
moesten werken zullen uw visie onderschrijven dat Irak “vrij was aan
zoveel voedsel en machines te komen als het wilde” indien hun regering
dat wilde toestaan.
Ik zou
willen dat dit het geval was geweest. Tijdens het Chilcot- onderzoek in
juli van dit jaar verklaarde een gerespecteerd diplomaat die het
Verenigd Koninkrijk vertegenwoordigde in de sanctiecommissie van de
Veiligheidsraad, ten tijde van mijn verblijf in Bagdad:
"Britse ambtenaren en ministers waren zich terdege bewust van de
negatieve effecten van de sancties, maar gaven er de voorkeur aan de
schuld te geven aan het
het
regime van Saddam, dat er niet zou in slagen het
olie-voor-voedsel-programma uit te voeren. "
Niemand die oprecht
is zal Sadam Hussein verdedigen voor zijn realisaties op het vlak van
mensenrechten.
Uw kritische
woorden in dit opzicht zijn gerechtvaardigd.
Maar u geeft enkel dit deel van dit gruwelijke verhaal.
U citeert vernietigend uitspraken over Saddam Hoessein gemaakt
door Max van der Stoel, de voormalige Nederlandse minister van
Buitenlandse Zaken, die de speciale VN-rapporteur voor de mensenrechten
in Irak was toen ik in Bagdad werkte. Gemakshalve negeert u drie
pertinente feiten:
Van der
Stoel was niet meer
in Irak
geweest
sinds 1991 en was
aangewezen op informatie uit tweede hand en zijn VN-mandaat was
beperkt tot de beoordeling van het naleven van de mensenrechten
door de Irakese regering. De beoordeling van overtredingen van
mensenrechten te wijten aan andere redenen zoals economische sancties,
behoorden niet tot zijn opdracht. Zijn opvolger, Andreas Mavrommatis,
voorheen minister van Buitenlandse Zaken in Cyprus,
herkende snel het hiaat in het VN-mandaat en verbreedde de
reikwijdte van zijn onderzoek en nam de sancties als een belangrijke
kwestie van mensenrechten mee op. Dit was een zeer belangrijke correctie.
De minister van
Buitenlandse Zaken van Brazilië, Celso Amorim, die in de jaren van de
sancties tegen Irak voor zijn land permanent vertegenwoordiger was
bij de VN, wordt niet genoemd in uw boek. Is dat omdat hij één
van de diplomaten was die over de muur van desinformatie klom en de
waarheid zocht
over
de betreurenswaardige menselijke omstandigheden in Irak in de late jaren
1990? Amorim maakte
gebruik
van zijn voorzitterschap van de VN-Veiligheidsraad om aan te dringen op
een herziening van de humanitaire situatie. Zijn conclusie was eenduidig.
"Zelfs indien niet al het lijden in Irak kan worden toegeschreven aan
externe factoren, met name de sancties, moet
het Irakese volk zulke ontberingen niet ondergaan veroorzaakt
door de langdurige maatregelen opgelegd door de Veiligheidsraad en de
gevolgen van de oorlog."
Maleisiës ambassadeur
bij de VN, Hasmy Agam, merkte schril op: "Hoe ironisch is het dat
hetzelfde beleid dat wordt verondersteld om Irak te ontwapenen van zijn
massavernietigingswapens, zelf een massavernietigingswapen is."
Ook de secretaris-generaal maakte
erg kritische opmerkingen over de humanitaire situatie in Irak.
Als ik mijn eigen bezorgdheid kenbaar maakte in een
krantenartikel,
herhaalde uw
dienaar Peter Hain wat de wereld gewoon was te horen vanuit Londen en
Washington:
het is allemaal
de schuld van Saddam. Hain was één van uw trouwe medewerkers. Hij en
anderen in uw administratie schreven mij af als
subjectief, afdwalend van mijn mandaat, niet ter zake, of, in de
woorden van de toenmalige woordvoerder van het Amerikaanse State
Department, James Rubin: "Deze man in Bagdad wordt betaald om te werken
, niet om te spreken"
Mijn voorganger in
Bagdad, Denis Halliday, en ikzelf werden herhaaldelijk uitgesloten om te
getuigen voor de Veiligheidsraad. De VS en de Britse regering noteerden
in een gezamenlijke brief aan de secretaris-generaal dat we niet genoeg
ervaring hadden met sancties en dus niet veel konden bijdragen aan het
debat. U was bang voor de feiten.
We leven in ernstige
tijden, waaraan u hebt meegewerkt. De Internationale
veiligheidsarchitectuur is ernstig verzwakt, de VN-Veiligheidsraad
slaagt er niet in crisissen
op vreedzame wijze op te lossen, en er is een enorme dubbele moraal in
het debat over de richting die onze wereld uitgaat. Een voormalige
Britse premier, ' een grote speler, een wereldleider en niet enkel een
nationale leider ' zoals u uzelf beschrijft in uw boek zou te weinig
tijd hebben om zijn “verslag” te promoten in een talkshow in de
Verenigde staten.
U besliste
er anders over. Ik keek naar deze show, en ... het was een show .
U voelde zich duidelijk ongemakkelijk.
Alles wat u en uw wapenbroeder Bush hadden gepland voor Irak is
uit elkaar gevallen, met als enige uitzondering de verwijdering van
Saddam Hoessein. U heeft gekozen om
Iran aan te duiden als het nieuwe gevaar.
Of U het leuk vindt
of niet, de erfenis van uw reis in Irak, die u met uw zelfgemaakte GPS
heeft gemaakt, betekent ook het opofferen van de VN en van
onderhandelingen op het altaar van een zelfbedieningsverbond met de de
regering Bush.
U geeft toe
in uw boek dat "hier en daar een paar fouten zijn gemaakt."
U schrijft: "De inlichtingen waren fout en hiervoor moeten we ons
verontschuldigen en hebben we ons verontschuldigd." Een belangrijke
pijler van uw zaak voor de invasie van Irak wordt bijna behandeld als
een voetnoot.
Uw weigering om de
feiten volledig onder te ogen zien is de reden waarom "mensen van goede
wil" zo geschokt zijn en verantwoording blijven eisen.
|
||
|
||
Ondanks alle desinformatie en regelrechte leugens van de regering-Bush,
bevatte de beruchte slogan "missie volbracht" een verschrikkelijke
waarheid: de door de
Amerikanen
geleide invasie van Irak, bedoeld om de Iraakse staat te vernietigen,
heeft de de Iraakse staat - en nog veel meer - inderdaad vernietigd.
In de nasleep van de invasie
werden musea geplunderd, bibliotheken verbrand, en academici vermoord.
Dit alles maakte deel uit van het ondermijnen van de culturele
fundamenten van de moderne staat Irak en was een onderdeel van een
bewuste politiek van "state-ending". Missie volbracht. Irak werd
verwoest ten koste van honderdduizenden verloren levens, de ontheemding
van miljoenen burgers en de vernietiging van een van 's werelds grootste
culturele centra.
Historici die de
geschiedenis van
onze tijd zullen schrijven, zullen heel zekerl de Amerikaanse
vernietiging van Irak beschouwen als één van de grote misdaden van de
vroege 21e eeuw. Het is daarom verontrustend, dat de verwoestende
gevolgen van deze criminele invasie en bezetting nog in hun volledige
omvang moeten opgetrekend worden.
Waarom is het zo moeilijk om het reine te komen met de gevolgen van de
berekende vernietiging van Irak? Wanneer de mens gevoelloos worden voor
de vernietigingen,
is het
belangrijk om te begrijpen waarom. Ik suggereer
vier verklaringen:
Ten eerste de Westerse retoriek van een War on Terror, waarbij de
plunderingen van een staat worden gerationaliseerd, bevorderen de
publieke onwetendheid:
ons
beschermen tegen de boosdoeners, maar niet vertellen wat er ginder ver
op vreemde plaatsen gebeurt.
Ten tweede zorgt
de omvang
van de opzettelijk veroorzaakte menselijke ellende, de reikwijdte
van de culturele vernietiging, en de verschrikkelijke omvang van het
doden, ervoor dat hetgeen
er is
gebeurd in Irak en met de Irakezen letterlijk onvoorstelbaar
Ten derde, ondanks ons 21ste eeuw besef van hetgeen door Hannah Arendt
schitterend werd geformuleerd
als
"de banaliteit van het kwaad", is het bijna onmogelijk om de planning en
uitvoering van een dergelijke vernietiging en moord anders te berijpen
dan als een grote samenzwering - Iran, sektarische doodseskaders, CIA,
Mossad - en niet zozeer als een aangekondigde en openlijk nagestreefde
doelstelling van een buitenlands beleid.
Ten vierde heeft de vergiftiging
van
de reguliere westerse sociale wetenschappen met hun ontwikkelings-en
liberale illusies over de staat ervoor gezorgd dat systematische
sociaal-wetenschappelijk onderzoek naar een internationale misdaad van
deze omvang - de berekende vernietiging van een functionerende staat en
de degradatie van zijn culturele en menselijke grondvesten - vrijwel
onmogelijk is geworden.
Er is iets verblindend aan de vernietiging op zo een verschrikkelijk
schaal, iets dat het gewoon te pijnlijk maakt om te debatteren over
methoden om het aantal geslachte onschuldigen te berekenen,
als de cijfers ons vrijwel
onmiddelllijk brengen tot meer dan 100.000 menselijke zielen. De geest
sluit zich af, zo lijkt het toch. Dat kan een van Gods weldaden zijn,
maar het is er een
waartegen
we ons moeten verzetten.
|
Raymond William Baker
|
|
Uw bijdrage aan de algemene kosten van het seminarie wordt ook
erg gewaardeerd.
Een bijdrage van €50 maakt het verschil!
Om €50 voor organisatiekosten over te schrijven klik :
hier
- met de vermelding: "sponsor het seminarie”. Ook hier kan u de bijdrage van €50 overschrijven naar de rekening van het BRussells Tribunal: 132-5251479-37 (IBAN: BE35 1325 2514 7937 - BIC: BNAGBEBB) - met de vermelding: "sponsor het seminarie”. SPONSOR EEN IRAKEES ACADEMICUSWe
We hebben Irakese academici uitgenodigd uit Irak en uit de diaspora om
deel de nemen aan dit seminarie.
We hebben middelen nodig om hun reisosten en hun verblijfkosten
te kunnen dekken. U kan hun
deelname ondersteunen vie een overschrijving van €250 aan het BRussells
Tribunal.
Ons rekeningnummer is:
132-5251479-37 (IBAN: BE35 1325 2514 7937 - BIC: BNAGBEBB) - met de
vermelding: "sponsor een Irakees academicus”. U kan ook €250 overschrijven via paypal: hier klikken- met de vermelding: "sponsor een Irakees academicus”. |
WIL UW ORGANISATIE DIT SEMINARIE ONDERSTEUNEN?
Stuur
ons
een email:
Wij,
naam van uw organisatie,
ondersteunen het seminarie. Korte omschrijving van uw organisatie: maximum 5 woorden HHHet website-adres (URL) van uw organisatie
Bijvoegen: logo van uw organisatie (liefst JPG of TIF) |
|
HET
WETENSCHAPPELIJK COMITE VAN HET SEMINARIE GENT
RUDDY DOOM, Professor Ghent University PATRICK DEBOOSERE, Professor Brussels University SAAD JAWAD, Professor and pas president of Iraq's professors association FRANCOIS HOUTART, former senior advisor to the President of the United Nations General Assembly SOUAD AL-AZZAWI, former Professor at Baghdad University TAREQ ISMAEL, Professor at Calgari University DENIS HALLIDAY, former humanitarian coordinator in Iraq ZUHAIR AL SHAROOK, former President of Mosul University IMAD KHADDURI, former member of the Iraqi Atomic Energy Commission OMAR K.H.AL-KUBAISSI, Head of Postgraduate Department at Ibn Al Bitar Hospital Baghdad JEAN BRICMONT, Professor at the Université catholique de Louvain CYNTHIA MCKINNEY, former member of the US House of Representatives MOHAMMED AREF, former advisor to Arab Science & Technology Foundation HANS-CHRISTOF VON SPONECK, former humanitarian coordinator in Iraq |
||
TER ONDERSTEUNING VAN HET SEMINARIE IN GENT
De
Spaanse campagne tegen de bezetting en voor de soevereiniteit van Irak
(CEOSI) staat volledig achter het
Seminarie
in Gent omwille van volgende redenen:
- Het BRussells
Tribunal neemt dit moedige initiatief op een ogenblik waarop de
mainstream media en de politici de wereld proberen ervan te overtuigen
dat de levensomstandigheden in Irak verbeterd zijn. Niets is minder waar.
Niet alleen blijven
milities Irakese academici doden
maar ook het onderwijssysteem is ingestort en behoren
universiteiten tot een sector waar sektarisme hoogtij viert,
dankzij de bezetters en hun bondgenoten.
- Dit
seminarie is de voortzetting van een werk dat CEOSI, samen met het BRussells
Tribunal en
IAON, begon in
2006 tijdens
het
Madrid International Seminar on the Assassination of Iraqi Academics and
Health Professionals.Het
was de eerste publieke veroordeling van de situatie.
Dit seminarie
werd
afgesloten met
de
resolution of the Conference of Chancellors of the Spanish Universities.
Sindsdien hebben zijn we elke moord op een Irakese
academicus blijven onderzoeken en blijven veroordelen en hebben we
hierover informatie verzameld.
Nu, in Gent, hebben we de kans om samen te werken, om nieuwe
acties te ontwikkelen, de actuele situatie grondig te bestuderen en
praktische oplossingen te zoeken.
- Het
Seminarie in Gent moet de waarheid aan het licht brengen over de
minister van Hoger Onderwijs, die op een immorele en onverantwoorde
manier Iraakse academici heeft opgeroepen om terug te keren uit
ballingschap (calling
upon Iraqi academics in exile to return to Iraq
), want het resultaat van hun terugkeer is hun dood ( zie:
last two examples
). De trieste realiteit komt erop neer dat de moordenaars van Irakese
academici
nog altijd
straffeloos rondlopen en bovendien – volgens onze informatie – met
sektarische milities de Irakese universiteiten controleren.
CEOSI
wil graag andere organisaties aanmoedigen om samen te werken om het
leven van Irakese academici -
die nog steeds in groot gevaar verkeren - te redden, en
om het onderwijssysteem herop te bouwen op een niet-sektarische basis,
rekening houdend met het feit dat,
-Het
totaal fout is en een valstrik te
denken dat de situatie in Irak verbeterd is, vandaar het belang van dit
moedige initiatief.
- Om
Irakese Academici te helpen, is het van essentieel belang, eerst en
vooral, de huidige situatie van de Irakezen in het hoger onderwijs
grondig te analyzeren, zoals ook Unesco voorstelt. (185
EX/35,
August 30, 2010). |
ICMES,
The international Council for Middle East Studies
EURAMES,
European Association For Middle Eastern Studies
CEOSI,
Campaña Estatal
contra la Ocupación y por la Soberanía de Iraq
PERDANA GLOBAL PEACE ORGANISATION
IRAQI CONTEMPORARY STUDIES AWARDS
INTAL,
International action for liberation
KLFCW, Kuala Lumpur Foundation to Criminalise War |
|
-
CEOSI denkt dat het Gentse seminarie een geweldige kans is om projecten
uit te wisselen en om samen te werken.
Wij
zullen er ons recente project voorstellen:
een situatierapport, in
samenwerking met de Universiteit van Sussex, over de feitelijke situatie
van het Irakese Hoger Onderwijs.
Daarnaast
hebben we een nieuwe blog
http://iraqiacademicsunderattack.wordpress.com/),
een open ontmoetingsplaats om in contact te komen en te discussiëren
over deze kwestie met Irakese academici en met alle organisaties die op
dit terrein werken.
Om al deze redenen
steunen wij dit initiatief volledig. Dit initiatief is van het
allergrootste belang om de reële situatie van de Irakese academici
publiek te maken. |
||
|
||
Inchrijven voor het seminarie? Het seminarie steunen?
Alle
nuttige informatie over dit seminarie lees je:
hier |
||
VRIENDELIJK EN DRINGEND VERZOEK: Om heel zeker de volgende nieuwsbrief
te ontvangen vragen we u uw adresgegevens na te kijken: hier.
U kan dan aangeven in welke taal u de brief ontvangt.
Dank voor de medewerking en de solidariteit. Bent u een nieuwe
lezer, kies dan SUBSCRIBE.
Om uw gegevens
aan te passen, kies YOUR ACCOUNT |
||
ON THE WESBITE
PARTITION BY CENSUS -
statement of The BRussells
Tribunal October 8 2010 |
||